Sorry, you need to enable JavaScript to visit this website.
Overslaan en naar de inhoud gaan

‘Praten over werk helpt kankerpatiënten bij de behandeling’

‘‘Het is belangrijk dat we het onderwerp werk bespreken tijdens het behandeltraject’’. Internist-oncoloog Rhodé Bijlsma van het UMC Utrecht volgde onlangs met een team van verpleegkundig-specialisten de geaccrediteerde workshop ‘Gesprekshulp Werk en Kanker’. Daarin wordt uitgelegd wanneer en hoe je de gesprekhulp kunt aanbieden aan patiënten. Deze tool helpt werknemers en werkgevers om met elkaar in gesprek te gaan na de diagnose kanker.

Schrijf je in voor de Workshop Werk en Ziek

Meer over werken als je ziek bent

Wilt u meer lezen over het onderwerp Werken als je ziek bent? Op deze pagina vind u meer informatie.

Rhode Bijlsma

De internist-oncoloog, gespecialiseerd in borstkanker, heeft in al die jaren dat ze nu werkt gezien dat er vooruitgang is in de behandeling van kanker. Ze ziet nu veel meer mensen die (langer) overleven. Dat doet haar goed, want daarvoor doet ze haar werk. Toch richt zij zich bewust niet alleen op de behandeling. Ze kijkt ook naar wie de patiënt is en wat belangrijk is in zijn of haar leven. Werk is daar volgens Rhodé een groot onderdeel van. ’’Daarom moeten we werk al in een vroeg stadium van de behandeling op de agenda zetten.’’
 

Nu vooral bezig met de behandeling

Over een tijdje wordt er op initiatief van Rhodé nog een tweede sessie van de workshop ‘Gesprekshulp Werk en Kanker’ georganiseerd binnen UMC Utrecht, dit keer voor artsen in opleiding.

’’Het is belangrijk dat we het onderwerp werk bespreken in het behandeltraject. En daarvoor hebben we handvatten nodig’’, stelt Rhodé. ’’Want na het stellen van de diagnose kanker heeft de zorg en behandeling van de ziekte altijd de eerste prioriteit in onze gesprekken. Tegelijkertijd is het voor patiënten ontzettend belangrijk om grip op het leven te houden, onderdeel hiervan zijn werk en andere activiteiten. En dat doen ze onder meer door in contact te blijven met hun werkgever en collega’s.’’

’’Werk biedt mensen structuur, afleiding, sociale contacten en het zorgt ervoor dat een patiënt zich onderdeel blijft voelen van de maatschappij’’, zegt Rhodé. ’’Werk moet dan ook bij patiënten met de diagnose kanker echt bespreekbaar worden gemaakt. Mijn ervaring is dat dat nu helaas nog te weinig gebeurt. Als zorgprofessionals zijn we daar om de een of andere reden nog niet zo goed in. We zijn vooral bezig met de best passende behandeling en praten niet meteen over werkhervatting.’’

Rhodé Bijlsma-Praten over werk helpt kankerpatiënten

AYA Jong & Kanker-zorgnetwerk

Zelf is ze zich daarvan heel goed bewust. Dat komt ook doordat Rhodé projectleider is bij het nationaal AYA Jong & Kanker-zorgnetwerk. Dit is een kennis- en zorgnetwerk dat als doel heeft de overleving en de kwaliteit van leven van jongvolwassen met kanker te verbeteren. Werk is daar een belangrijke factor bij, want zeker ook jongeren moeten worden ondersteund in het behoud van hun werk. ’’Wat je bij jongvolwassenen ziet die de diagnose kanker krijgen, is dat ze vaak net op de arbeidsmarkt zijn en dus nog een jaarcontract hebben’’, aldus Rhodé. ’’Dat wordt dan tijdens een behandeling met kanker in veel gevallen niet verlengd en zorgt voor een grotere afstand op de arbeidsmarkt als de behandeling is afgerond.’’

Op elke oncologische afdeling binnen het UMC Utrecht Cancer Center is er een verpleegkundig specialist die zich bezighoudt met het begeleiden van jongvolwassenen. ’’Daar ben ik zo blij mee’’, zegt Rhodé, ’’en daarom wilde ik voor deze collega’s iets terugdoen in de vorm van verdere kennisontwikkeling. Zo kwam ik op de workshop ‘Gesprekshulp Werk en Kanker’. Daarmee kunnen we nog beter dit onderwerp op onze agenda zetten. En nog beter: op de agenda van de patiënt.”

‘We hebben met elkaar goed besproken waarom werk zo'n belangrijk gespreksonderwerp is’

De workshop werd door Rhodé en haar collega’s goed ontvangen. ’’We hebben met elkaar goed besproken waarom werk zo’n belangrijk gespreksonderwerp is. Ik denk dat patiënten doordat ze contact houden met hun werk de behandeling veel beter aan kunnen. We denken altijd maar dat de patiënt ziek is, maar vergeten dat diegene ook een sociaal leven heeft. Je hebt vrienden, collega’s, een ritme in je leven en verantwoordelijkheden waaronder je werk. Dat alles zorgt ervoor dat je je gewaardeerd voelt en voelt dat je ergens bij hoort. Dat is zo belangrijk, anders is het alleen nog maar de kanker die vooropstaat.’’

Rhodé Bijlsma-Praten over werk helpt kankerpatiënten

Drie simpele vragen

De drie belangrijke vragen uit de ‘Gesprekshulp Werk en Kanker’ spraken Rhodé vooral aan. ’’Het zijn eigenlijk drie simpele vragen. Werkt u op dit moment? Hoe gaat het op uw werk? En heeft u behoefte aan ondersteuning? Alleen die eerste vraag is voor patiënten al heel fijn als die wordt gesteld. Voor veel mensen is de drempel heel hoog om naar hun werk toe te gaan als ze worden behandeld voor kanker. Ze voelen zich in de steek gelaten, zijn verdrietig dat ze niet meer op hun werk komen of het gaat financieel niet zo goed. Ik denk dat wij als behandelaren als doel moet hebben om patiënten terug de maatschappij in te helpen. Kijk, wij kunnen niet zorgen voor een baan, maar we kunnen er wel voor zorgen dat we de behandeldoelen zo opstellen dat werken weer mogelijk wordt. We kunnen werk in elk zorgpad opnemen als gespreksonderwerp.’’

Rhodé noemt het voorbeeld van een patiënt van haar die werkte als organist. ’’De gevoeligheid in de vingertoppen is dan heel belangrijk. Om die reden zijn we een andere chemokuur gaan inzetten, zodat we neuropathie, een beschadiging van de zenuwen, zoveel mogelijk zouden voorkomen.”

Praten over werk kan dus bijdragen aan een behandeling die beter past in het leven van de patiënt. ’’Maar het levert nog veel meer op’’, aldus Rhodé. ’’Als mensen starten met een kankerbehandeling dan komt er ontzettend veel op ze af. Alles draait om het ziekenhuis, witte jassen en medicatie, maar daarnaast heb je ook je eigen verhaal. En dat verhaal moet je kwijt kunnen, ook op je werk. We zien nu dat mensen soms niet naar de werkvloer gaan, omdat ze dat moeilijk vinden. Maar het is juist goed om wel te gaan. Je collega’s zien dan ook dat je ziek bent en dat zorgt voor meer begrip. Als niemand ziet dat je beroerd en kaal bent geweest van de chemo behandeling en je gaat daarna weer aan het werk, dan zien ze niets meer aan de buitenkant en kennen ze je verhaal niet.’’

‘We kunnen aangeven wat iemand zou kunnen doen. Het in gesprek komen en blijven met de werkgever is zo belangrijk.’

Vanuit het ziekenhuis het gesprek over werk al vroeg aankaarten, helpt volgens Rhodé de patiënt ook om in contact te blijven met de werkgever. ’’Het in gesprek komen en blijven met de werkgever is zo belangrijk. Alle kaarten moeten op tafel; van de werknemer die bang is om zijn baan te verliezen tot de werkgever die denkt dat het werk niet meer wordt gedaan. Op die manier kan er met elkaar worden gekeken hoe iemand inzetbaar kan blijven. Soms zijn daar aanpassingen voor nodig, bijvoorbeeld later beginnen, omdat je in de ochtend ongelooflijk moe bent. Of toch een andere werkinvulling, omdat er klachten van concentratieverlies zijn. We zien gelukkig dat werkgevers daar rekening mee kunnen en ook willen houden. Dat geeft een patiënt zoveel kracht: je blijft naast het ziek zijn van betekenis.’’
 

Werk als onderwerp opnemen binnen zorgpaden

Dat het onderwerp Werk en Kanker leeft binnen UMC Utrecht is duidelijk. ’’We hebben veel van de workshop geleerd. Het was ook fijn om met elkaar over dit onderwerp in gesprek te gaan. We willen het onderwerp nu verder binnen UMC Utrecht op de agenda gaan zetten en daarna ook in de regio Midden-Nederland.’’

Over hoe je werk kunt bespreken en wanneer je dat doet, zijn ze bij UMC Utrecht nog goed over aan het nadenken. ’’De volgende stap moet zijn hoe we dit goed gaan opnemen binnen onze zorgpaden. Daar zijn we, eerlijk is eerlijk, nu gewoon nog niet zo goed in. Ik praat zelf al bij de eerste kennismaking met mijn patiënt over werk. Al is het maar dat je vraagt wat iemand doet. Dat is toch ook leuk om te weten? Als je dat niet doet, dan verzand je samen met de patiënt in het ziek zijn en behandeling. Patiënten vinden het vaak ook fijn als er proactief vanuit het ziekenhuis over dit onderwerk wordt gesproken. Het gesprek over werk opnemen in elk zorgpad hoeft overigens niet alleen de arts te doen. Ook de verpleegkundige van de dagbehandeling, de verpleegkundig specialist en andere betrokken kunnen dit doen.”

Aanvragen ‘Gesprekshulp Werk en Kanker’

De ‘Gesprekshulp Kanker en Werk’ is door Pfizer, de NFK en de Groep Werk en Kanker in samenwerking met artsen, onderzoekers en patiënten ontwikkeld. De gesprekshulp is er voor de medewerker en werkgever en helpt hen bij het gesprek aangaan over werk en kanker. De gesprekshulp kan door zorgprofessionals aan de patiënten worden meegegeven. Vraag de Gesprekshulp aan en bekijk de tips voor zorgprofessionals.

Wil je meer informatie over de geaccrediteerde workshop 'Gesprekshulp Werk en Kanker' klik dan hier.

Pagina beoordelen Like Dislike
Deze vraag is om te controleren dat u een mens bent, om geautomatiseerde invoer (spam) te voorkomen.