Terugkijken op een jaar COVID-19-pandemie

Menselijk vernuft

We zagen hoe menselijk vernuft problemen oploste waar we 12 maanden geleden nog niet eens over nagedacht hadden. Bij Pfizer resulteerde dit onder andere in de ontwikkeling van nieuwe ‘thermal shippers’ waarin vaccins op ultra-koude temperaturen bewaard kunnen worden tijdens het transport en ruimtes vol met innovatieve nieuwe apparatuur die niet eens bestond op 11 maart 2020. Ik zag deze machines voor het eerst met mijn eigen ogen toen we drie weken geleden president Biden ontvingen in onze productiefaciliteit in Kalamazoo, Michigan.  En het was een moment van grote trots, verwondering en blijdschap.

Over de hele sector leerden we hoe krachtig samenwerking kan zijn. Samenwerkingen tussen Pfizer en BioNTech, en tussen Moderna en de National Institutes of Health, hielpen bij het leveren van 's werelds eerste twee mRNA-vaccins. Niet alleen de eerste twee mRNA-vaccins om COVID-19 te bestrijden, maar de eerste twee mRNA-vaccins überhaupt. En op dit moment zal de productiesamenwerking tussen Johnson & Johnson en Merck het aantal vaccindoses dat aan de wereld wordt geleverd verder doen versnellen.

Door al deze leermomenten, komen we uit het eerste jaar van de pandemie met het gevoel dat de bevrijding aan de horizon staat. We zien uit Israël en andere landen bemoedigende ‘real-world’ gegevens over ons vaccin komen. Dankzij uitstekende privaat-publieke partnerschappen begint het vaccin ook de armste landen te bereiken. Zo arriveerden de eerste mRNA COVID-19-vaccindoses vorige week in Rwanda. En nu vaccinaties over de hele wereld versneld toegediend worden, zie, hoor en voel je de hoop terugkeren. Het is het soort nieuwe optimisme dat je vaak ervaart in het voorjaar, maar deze keer gaat het verder dan het achterlaten van een koude winter; het gaat over het overleven van een van de engste periodes in de geschiedenis van onze wereld.

Wetenschap zal winnen

Maar we zijn er nog niet. Daarom steunt Pfizer de recente uitspraken van gezondheidsautoriteiten over de hele wereld om in de komende maanden alert te blijven. We moeten onze mondkapjes blijven dragen, fysiek afstand blijven houden en regelmatig onze handen blijven wassen totdat er genoeg mensen zijn gevaccineerd om groepsimmuniteit te bereiken. En wij geven ook niet op wat onze wetenschappelijke inspanningen betreft. We beginnen ‘booster’ studies om de voortdurend evoluerende mutaties van het virus aan te pakken; we voeren studies uit bij aanvullende populaties zoals zwangere vrouwen en kinderen; en we werken aan antivirale therapieën voor in de ziekenhuizen die patiënten die vechten tegen COVID-19 mogelijk kunnen helpen.

In slechts 12 maanden hebben we het schijnbaar onmogelijke mogelijk gemaakt. En nu staan we voor een even belangrijke en uitdagende maar haalbare taak. Als we de pandemie achter ons hebben gelaten, moeten we de lessen van het afgelopen jaar voortzetten om ervoor te zorgen dat we beter voorbereid zijn op een volgende. Zo houden we de dierbaren die we verloren hebben in ere – en zorgen we ervoor dat wetenschap zal winnen.