‘We staan als samenleving voor enorme gezondheidsuitdagingen’
’’Met onze geneesmiddelen bereiken we 1 miljard mensen per jaar. Dat betekent dat meer dan één op de tien mensen wereldwijd onze medicijnen gebruikt.’’ Dirk Vander Mijnsbrugge, de nieuwe directeur van Pfizer Nederland, kan zich daar over blijven verbazen. ’’We hebben als bedrijf de kennis, de ervaring en de schaalgrootte om een bijdrage te leveren aan de enorme gezondheidsuitdagingen van de toekomst. Net zoals we dat bij COVID hebben gedaan.’’
Thuis aan tafel wordt hij er wel eens mee geplaagd. Hij is de enige niet (praktiserende) arts in de familie. Zijn vrouw, zijn drie kinderen en zijn drie schoonkinderen werken allemaal als dokter. ’’Jij bent geen echte’’, zeggen ze dan, vertelt de trotse grootvader van vijf kleinkinderen met een brede lach op zijn innemende gezicht.
Nog elk jaar haalt Dirk zijn nascholingspunten om zijn officiële beroep als huisarts te mogen uitoefenen. Maar ondertussen werkt hij al ruim 25 jaar bij Pfizer. ’’Ik heb in die tijd wel altijd medische functies gehad waarbij ik veel onderzoeken begeleidde’’, verdedigt hij zichzelf op licht protesterende toon.
Tropenarts
De voorliefde voor het doktersvak zat er al vroeg in. Na de middelbare school wist hij precies wat hij wilde worden. ’’Tropenarts voor Artsen zonder Grenzen.’’ Van huis uit had hij dat sterk meegekregen, dat je als je ergens talent voor hebt, je dat moet inzetten voor ‘iets goeds’. ’’Daarnaast fascineerde de medische wetenschap mij enorm.’’
Toch specialiseerde hij zich niet tot tropenarts, maar tot huisarts. ’’Ook weer met een eenvoudige reden. Ik ontmoette mijn vrouw tijdens mijn studie en haar moeder was ernstig ziek. Mijn vrouw was enig kind en zei me ‘ik begrijp je wens, maar als je die wilt uitvoeren, zal je dat zonder mij moeten doen’. Uiteindelijk volgde ik mijn hart, in plaats van mijn ambitie.’’
Een jaar of vijf werkte hij met veel plezier en passie als huisarts. Maar rond zijn dertigste begon hij na te denken over zijn toekomst. ’’Huisarts zijn gaf voldoening, maar was ook eenzaam. Ik werkte niet in een praktijk met veel collega’s. En ik voelde de behoefte om mijn horizon te verbreden. Ik wilde mij inzetten voor de gezondheid van mensen op grotere schaal.’’
Op aanraden van vrienden maakte hij de overstap naar de geneesmiddelensector. ’’Ik zie nog de afkeurende blik van mijn moeder.’’ Dirk legt uit dat hij en zijn broer de eersten in hun familie waren die studeerden. ’’Mijn moeder was heel trots op ons. Toen ik mijn carrièreswitch maakte, zei ze er niets over. Maar ik merkte aan alles dat ze teleurgesteld was dat ik geen klassieke arts meer was.’’
‘Ik ben heel blij dat ik in de geneesmiddelensector ben gaan werken’
Zelf merkte hij al snel dat zijn overstap juist een goede keuze was. ’’Omdat ik met eigen ogen zag hoe groot de impact van innovatieve geneesmiddelen kan zijn op de gezondheid en de kwaliteit van leven van mensen met kanker en andere ernstige of chronische ziekten.’’
Dan vertelt hij weer op zachtere toon over zijn moeder. ’’In de laatste jaren van haar leven ben ik haar meer over mijn werk gaan vertellen. Ze is overleden op een mooie leeftijd van 91 jaar, maar ze was kankerpatiënt en had veel pijn. Uiteindelijk ondervond ze zelf hoe belangrijk het is dat er geneesmiddelen zijn die je leven verlengen of de kwaliteit ervan verbeteren. Ze vertelde me dat ze mijn keuze om van baan te veranderen begreep.’’
Even knippert Dirk met zijn ogen, om de emoties die boven komen drijven naar de achtergrond te laten verdwijnen. Dan verschijnt er alweer een glimlach op zijn gezicht. ’’Ik ben uiteindelijk heel blij dat ik in de geneesmiddelensector ben gaan werken en zou niet anders meer willen.’’
Gentherapie
De zes jaar voordat hij directeur van Pfizer Nederland werd, had hij een wereldwijde rol, vertelt hij. ’’Met als speciaal aandachtsgebied gentherapie.’’ Ook dat was een mooie tijd, waarin hij naar vele landen reisde en kennis maakte met uiteenlopende (gezondheids)culturen. Maar nu wilde hij graag weer een baan met vaste collega’s om hem heen. ’’Deze functie kwam op mijn pad en het leek mij een mooie uitdaging om mijn kennis en ervaring in te zetten als directeur van Pfizer Nederland.’’
‘Wat ik bijvoorbeeld mooi vind is dat inclusiviteit hier erg belangrijk is. Iedereen heeft een mening en die doet er toe.’
Hoewel hij net begonnen is, voelt hij zich nu al als een vis in het water in het kantoor van het bedrijf in Capelle aan den IJssel. ’’De Nederlandse lunchcultuur met boterhammen en karnemelk zal nooit wennen’’, grapt hij. ’’Maar de werksfeer en de cultuur spreken me enorm aan. Wat ik mooi vind, is dat inclusiviteit hier erg belangrijk is. Iedereen heeft een mening en die doet er toe. Dat moedig ik zelf ook aan, dat mensen zeggen wat ze vinden en ideeën uiten.’’
De komende maanden wil de kersverse directeur zich verder verdiepen in het Nederlandse gezondheidssysteem en hoe de geneesmiddelensector haar bijdrage daaraan verder kan optimaliseren. Maar daarnaast heeft hij al genoeg plannen. Zo wil hij zich inzetten voor het versterken van de positie van patiënten in de zorg. ’’Als we een nieuw geneesmiddel ontwikkelen, dan is het heel belangrijk dat je patiënten daar heel vroeg bij betrekt’’, geeft hij als voorbeeld.
Progressieve spierziekte
Hij vertelt over een onderzoek naar een progressieve spierziekte. ’’We wilden van patiënten weten welke behandeluitkomsten voor hen nou belangrijk zijn.’’ Het antwoord verraste Dirk en zijn collega’s. ’’Eén van de behandeluitkomsten die we hadden bedacht, was het vergroten van het aantal stappen dat je in zes minuten kon zetten.’’ Maar dat vonden de patiënten niet interessant, vertelt Dirk hoofdschuddend. ’’Zij vertelden dat ze zich ook prima konden verplaatsen in een rolstoel. Zij vonden het juist belangrijk dat ze zelfstandig zo lang mogelijk allerlei alledaagse dingen konden blijven doen, zoals hun schoenen aantrekken.’’
De patiënt moet centraal staan bij alles wat Pfizer doet, benadrukt Dirk. ’’Wat we daarom ook willen verbeteren, is de toegang tot nieuwe geneesmiddelen. Het duurt in Nederland soms twee tot drie jaar langer voordat patiënten beschikken over nieuwe geneesmiddelen dan in andere landen.’’
Hij vervolgt: ’’Zeker wanneer het gaat om échte innovatie, hebben wij als geneesmiddelenmaker samen met andere zorgpartijen en de overheid de verantwoordelijkheid om te zorgen dat patiënten zo snel mogelijk over nieuwe geneesmiddelen kunnen beschikken.’’
‘Dat was echt een groot mirakel, ‘jamais vu’’
Wat dat betreft zijn er belangrijke lessen geleerd van de coronapandemie. ’’Als bedrijf hebben wij een belangrijke rol gespeeld door eerst binnen een jaar een vaccin en later ook een geneesmiddel te ontwikkelen. Dat was echt een groot mirakel, ‘jamais vu’ zoals we dat in België zeggen.’’
Pfizer had dat nooit kunnen doen zonder zeer nauwe samenwerking met de overheid en allerlei betrokken partijen, vervolgt hij. ’’Als je naar de toekomst kijkt, dan is het belangrijk dat wij ons realiseren dat COVID niet de enige pandemie is waar we mee te maken hebben.’’
’’We staan als samenleving voor een aantal enorme gezondheidsuitdagingen. En als je die wilt aanpakken, kan dat alleen maar door hele nauwe samenwerking tussen alle zorgpartijen. Als Pfizer pakken wij graag de verantwoordelijkheid op om mee te praten en denken.’’
Sterk onderzoeks- en biotechklimaat
Zo zijn er vele andere zaken waar de kersverse directeur zich hard voor wil maken. Hij pikt er enkele uit. ’’Nederland heeft een enorm sterk onderzoeks- en biotechklimaat. Er is hier heel veel expertise en er vindt veel innovatie plaats. We moeten die belangrijke rol blijven spelen en verder versterken.’’
Daarnaast gaat hij graag in op de open uitnodiging die minister Kuipers onlangs deed om mee te praten over nieuwe modellen om de toegang tot geneesmiddelen ook voor de toekomst te waarborgen. ’’Ook daar denken we graag over mee. Samen kunnen we zorgen dat echte innovatie ook in de toekomst nog steeds goed tot zijn recht komt. En dat innovatieve geneesmiddelen ook dan toegankelijk blijven voor iedereen.’’