Sorry, you need to enable JavaScript to visit this website.
Overslaan en naar de inhoud gaan

Omgaan met pesten

Zowel kinderen met als zonder hemofilie worden weleens gepest. En hoewel kinderen met een chronische ziekte meer risico lopen om gepest te worden, is hemofilie meestal niet de reden waarom kinderen gepest worden. Een oorzaak van pestgedrag is vaak lastig te vinden, maar er kan wel van alles gedaan worden om het pesten te stoppen.

Cyberpesten

Pesten is onacceptabel en kan kinderen flink beschadigen en ook nare lange termijneffecten hebben. Gewelddadig gedrag door een pestkop kan bovendien resulteren tot bloedingen bij kinderen met hemofilie. Daarom kan pesten voor hen nog eens extra gevaarlijk zijn. Ouders en andere volwassenen in het leven van een kind moeten pesten serieus nemen. Dat betekent, weten en begrijpen wat pesten is en op welke manier je een kind kunt helpen, om te gaan met pestkoppen.

Wat is pesten?

Pesten is wanneer iemand, of een groep mensen iets zegt of doet om iemand expres pijn te doen, angst aan te jagen, van streek te maken of zich te laten schamen. Het is agressief en bewust gedrag waarbij een disbalans van macht bij komt kijken. Iemand die gepest wordt kan zich daarna verdrietig, angstig, eenzaam en bezorgd voelen. Vaak wordt pestgedrag herhaald en soms duurt het jarenlang. Het is dus iets heel anders dan een beetje plagen of iets gemeens zeggen in de heetst van de strijd.
 

Pesten heeft allerlei gedaanten:

  • Fysiek: Daarbij wordt iemand bewust pijn gedaan of worden spullen beschadigd.
  • Verbaal: Het zeggen of schrijven van gemene en of bedreigende dingen.
  • Sociaal: Wanneer iemands reputatie wordt beschadigd, door hem voor schut te zetten, te negeren of roddels rond te strooien. 
  • Cyberpesten: Het sturen van gemene berichten, foto’s, filmpjes of geruchten via internet. 
  • Sexting: Het expres rondsturen van pikante foto’s, filmpjes en roddels.


Signalen dat een kind wordt gepest

Het is niet altijd eenvoudig om erachter te komen of een kind gepest wordt, maar er zijn tekenen waar je op kunt letten. 
Je kind komt opeens thuis met kapotte kleren, blauwe plekken en wondjes.

  • Het neemt een andere route vanaf school 
  • Het is geld, eten of spullen ‘kwijtgeraakt’ op school 
  • Het is humeurig, snel van streek of afwezig
  • Het kind is agressief tegen broertjes en zusjes? 
  • Heeft een kind moeite met schoolwerk? 

Praat met elkaar over pesten om het te kunnen stoppen

Strategieën om met pestgedrag om te gaan

Ouders van kinderen met hemofilie bedachten tijdens een zomerkamp onlangs een aantal strategieën voor ouders om te voorkomen of te stoppen dat hun kind gepest wordt.   

  • Zorg voor open communicatie. Geef je kind de ruimte om gevoelens en emoties te uiten. Of moedig het aan om met iemand anders te praten, zoals een leerkracht op school.
  • Laat kinderen met hemofilie duidelijk aan hun klasgenootjes en leerkracht uitleggen wat ze hebben, bijvoorbeeld via een spreekbeurt. 
  • Maak een veiligheidsplan met duidelijke afspraken: ‘wat doe je als…’ en ‘naar wie ga je als…’’ Herhaal afspraken totdat je kind zelfvertrouwen genoeg heeft om ze uit te voeren.
  • Laat kinderen oefenen wat ze kunnen zeggen tegen een pestkop zoals ‘stop ermee’, ‘laat me met rust’ of ‘sla me niet’. 
  • Moedig kinderen aan om rechtop te lopen, oogcontact te maken, een pokerface op te zetten en rustig en kalm te praten tegen pesters.  
  • Leer je kind wanneer het pestgedrag kan negeren. Soms is weglopen beter dan reageren.  
  • Hou als ouder je eigen emoties onder bedwang. 
  • Noteer door wie je kind gepest wordt en op welke moment. 
  • Maak contact met andere ouders in de klas, zodat je samen kunt reageren op pestgedrag. 
  • Laat je kind weten dat pesten niet oké is, dat je aan zijn kant staat en complimenteer het als hij een pestsituatie zelf heeft opgelost of naar een leerkracht is gegaan. 
  • Leer kinderen dat terugschelden of geweld gebruiken nooit een oplossing is, zeker in hun geval omdat ze door hun hemofilie risico lopen op bloedingen. 
  • Stimuleer kinderen om vriendschappen te sluiten met andere kinderen. Dat kan het omgaan met pesters makkelijker maken. 
  • Laat kinderen hobby’s zoeken, zoals sport of muziek maken. Dit zorgt ervoor dat ze beter met gevoelens kunnen omgaan dat kan hen door moeilijke tijden helpen.  
  • Let op gedrag of acties die pestgedrag kunnen triggeren. Kijk of dit kan worden omgebogen. 
  • Moedig een kind zelf aan om met oplossingen te komen. 
  • Praat met de leerkracht en mentor zodat zij een oogje in het zeil kunnen houden en praat over hoe de inhoud van het pestprotocol dat elke school heeft wordt nageleefd.
cyberpesten

Focus op cyberpesten 

Tegenwoordig worden ook veel kinderen - vooral tieners - slachtoffer van cyberpesten.  

Cyberpesten kan via de mail, per sms, via online spelletjes of social mediakanalen. Het kan bijvoorbeeld gaan om roddels of vervelende foto’s die op iemands profiel worden gepost of die expres naar anderen worden gestuurd. 
Ruim 12 procent van de 15- tot 18-jarige Nederlands meisjes wordt weleens gepest op internet, bijna twee keer zoveel als jongens van die leeftijd, zo blijkt uit cijfers van het CBS. Kinderen die het meemaken, zeggen dat zij zich er boos, bang, depressief of beschaamd door voelen. 
Bij tweederde van de cyberpestgevallen wordt er gepest door een bekend. Maar voor kinderen die virtueel worden gepest door een onbekende, kan dit nog harder aankomen, omdat ze niet weten waar het vandaan komt. 
Het online posten van valse, gemene foto’s of video’s kan ervoor zorgen dat jongeren zich voor schut voelen staan voor de hele school. Bovendien kunnen foto’s en video’s ook nog eens ‘viral’ gaan, waardoor de situatie nog verder uit de hand loopt. Ze kunnen zich niet alleen razendsnel verspreiden, maar ook nog eens lang op internet blijven staan, ook nadat de pester de originele video of foto verwijdert. Het enige voordeel hiervan is dat de school of politie op deze manier wel bruikbaar bewijsmateriaal in handen krijgt. 

Hoe kun je cyberpesten voorkomen? 

  • Leer een kind dat het niet zomaar zijn eigen nummer of dat van vrienden deelt. 
  • Zeg kinderen dat ze niet moeten reageren op berichtjes van mensen die ze niet kennen. Het kan gebeuren dat iemand zomaar berichtjes rondstuurt om pestslachtoffers te vinden.
  • Druk een kind op het hart om geen onthullende foto’s van zichzelf of anderen te posten. 
  • Leer kinderen aan dat ze sterke, veilige wachtwoorden gebruiken voor internetprofielen en dat ze hun identiteitsgegevens zoals hun adres niet prijsgeven aan vreemden. 
     

Tips voor slachtoffers van cyberpesten (en hun ouders) 

  • Neem mensen in vertrouwen: een goede vriend, je ouders of een leerkracht. Die je helpen om het pesten snel en veilig te stoppen. Je kunt ook naar de politie gaan en daar zelfs anoniem melding doen van wat er is gebeurd als dit je een veiliger gevoel geeft. 
  • Antwoord niet op berichten van mensen die je pesten en al helemaal niet op berichten van nummers die je niet kent. 
  • Bewaar bewijsmateriaal van alle pestberichten, foto’s en filmpjes. Je kunt berichten op je telefoon bewaren of screenshots maken van cyberpesten via social media- of chatkanalen zoals Facebookmessenger via de computer. 
  • Vertel, als ouder, je kinderen over de risico’s die ze lopen als ze online zijn en vraag hen om je te waarschuwen als ze zich naar of bedreigd voelen via sms of internet. 
     
Bronnen

Bronnen

Dit artikel verscheen eerder op http://www.haemophilia.org.nz/

Andere bronnen:
https://www.schoolenveiligheid.nl/
https://www.nu.nl/

Pagina beoordelen Like Dislike
Deze vraag is om te controleren dat u een mens bent, om geautomatiseerde invoer (spam) te voorkomen.